Als kind groeide Doan Van Quan op bij zijn opa en oma. Zijn ouders zijn al gescheiden toen hij nog erg jong was. Quan ging slechts kort naar school en leerde geen vak. Toen hij oud genoeg was om op eigen benen te staan had hij geen huis om in te wonen en geen land om te bewerken. Hij zwierf door Vietnam en deed allerlei klusjes om te kunnen overleven.
Tijdens een onderzoek van het Lepra Preventie Project werd bij Quan lepra geconstateerd. In verband met een wond aan zijn rechterbeen werd hij opgenomen in een ziekenhuis. Maar Quan weigerde de behandeling. Hij wist wat het betekende om de ziekte lepra te hebben. Als lepra patiënt zou hij buitengesloten zijn en nooit meer in de samenleving kunnen deelnemen. Hoewel zijn wonden steeds erger werden, wilde hij zich niet laten behandelen. De dokters constateerden dat Quan en bijzondere persoonlijkheid had, hij had zeer weinig zelfvertrouwen en hij had geen mensen op wie hij terug kon vallen. Uiteindelijk moest zijn rechterbeen worden geamputeerd.
Dit kwam de situatie van Quan niet ten goede. Maar het tij keerde toen hij op een dag de dorpssmid Nguyen Phi Vu ontmoette, die besefte hoe moeilijk het leven van Quan was. Hij nam Quan op in zijn huis en leerde hem het vak. Zo hielpen ze Quan en lieten ze zien dat mensen met lepra niet buitengesloten hoeven te worden.
Nu leeft Quan al 20 jaar bij de familie van Phy Vu, hij kan zelf messen smeden en daarmee in zijn eigen onderhoud voorzien. Hoewel Quan zich nu regelmatig medisch laat onderzoeken moest in 2014 toch zijn linkerbeen ook worden afgezet.
Dankzij de barmhartigheid van de smid, twee protheses die onze donateurs mogelijk maakten en de veerkracht van Quan zelf, beseft hij dat hij als leprapatiënt niet minderwaardig is en dat hij met wat hulp een menswaardig bestaan kan leiden en actief kan deelnemen in het dorpsleven.